aansluiten bij de leefwereld

Aansluiten bij de leefwereld

Als je de leefwereld van de leerling begrijpt, kan je beter inspelen op de behoeften en motivatie van de leerling. Je creëert een aanbod dat aansluit bij de leerling, waardoor je leerlingen de leerstof beter begrijpen. 

Hoe kan je dit doen?

Koppel de lesstof aan de leefwereld van de leerlingen door ze te verbinden met hun dagelijkse leven en ervaringen. Dit maakt de lesstof tastbaarder en relevanter voor je leerlingen omdat ze zien hoe de theorie direct verbonden is met de praktijk in hun eigen omgeving. Dit laat leerlingen inzien waarom de leerstof belangrijk is.

è Vraag naar eigen voorbeelden uit hun leefwereld en maak de link tussen de lesinhoud en het aangebrachte voorbeeld van de leerling.

è In plaats van abstracte theorieën uit te leggen, kun je concrete voorbeelden en gastsprekers gebruiken die het onderwerp tot leven brengen.

 

Voorbeelden 

·       Voorbeelden uit de praktijk gebruiken bij de les wiskunde, zoals hoe een aannemer rekent voor het bouwen van een huis. Dit maakt de abstracte wiskundige concepten begrijpelijker en toont aan hoe ze toepasbaar zijn in het echte leven.

·       Een lokale boer uitnodigen die vertelt over zijn manier van appelteelt, een fietsenmaker die uitlegt hoe hij zijn zaak run.

·      Een les economie koppelen aan het lenen van geld bij medeleerlingen, koppelverkoop zoals gsm gekoppeld aan een abonnement.

·       Stel je voor dat je een les over ecologie geeft. Je kunt de leerlingen betrekken door voorbeelden te geven van milieuproblemen die ze in hun eigen omgeving zien, zoals vervuiling in de buurt of het behoud van lokale natuurgebieden. 

Gebruik actualiteit en spelelementen om de les interactiever en boeiender te maken. Zorg dat dit daadwerkelijk bijdraagt aan het leren. 

 

Voorbeelden 

·       Gebruik een interactieve quiz of een speelse opdracht om grammaticale fouten te corrigeren. In plaats van alleen uitleg te geven, laat je leerlingen actief meedoen, wat hen helpt om de stof beter te internaliseren en te begrijpen waar ze moeite mee hebben.

·       Bij het remediëren van schrijfvaardigheid kun je de leerlingen zelf op zoek laten gaan naar veelgemaakte fouten in hun teksten. Ze worden dan zelf ‘onderzoeker’, wat hen meer verantwoordelijkheid geeft voor hun eigen leerproces. Dit vergroot de motivatie, omdat ze actief betrokken zijn en inzicht krijgen in hun eigen fouten. 

 

Interessante tools

·       aanbod van VRT voor leerkrachten secundair onderwijs:

o   KLAAR: online videoformat waarin een host, vaak samen met een expert, meer klaarheid biedt rond hete hangijzers uit het (wereld)nieuws. Korte video’s, helder uitgelegd en onmiddellijk inzetbaar in de klas.   

o   Nwsnwsnws: nieuws op maat van tieners 

o   Edubox: een educatief concept van VRT NWS om jongeren uit het secundair onderwijs te laten kennismaken met een bepaald maatschappelijk thema.

 

 

 

Maak gebruik van de interesses van je leerlingen om de inhoud van je lessen aan te passen aan wat hen boeit.  Als je weet dat een leerling geïnteresseerd is in sport, muziek of een bepaald onderwerp, kun je deze interesses gebruiken om de lesstof tot leven te brengen. 

 

Voorbeelden 

·      In een les Geschiedenis kan je gebeurtenissen gebruiken die
leerlingen aanspreken, zoals een belangrijk sportevenement of een populaire film. 

·      In je les Aardrijkskunde kun je actuele kwesties zoals klimaatverandering of de impact van de Olympische Spelen op de stad waar het plaatsvindt, behandelen. 

·      Je geeft een toets wiskunde over de regel van drie, procenten en
grafieken. Hierbij maak je gebruik van een artikel uit de krant met heel veel grafieken in over festivals. Daaruit kunnen ze de info halen.

·      We draaien de rollen om! De leerlingen leren de leerkracht iets
bij! A.d.h.v. de leerstof geschiedenis van vorig of dit schooljaar zoeken de leerlingen iets uit hun eigen wereld (serie, film, boek, strip, spel, YouTube …) en krijgen vijf minuten de tijd om dit voor te stellen aan de leerkracht en de klas.
 

Vraag naar de voorkeuren van leerlingen. Dit kan door regelmatig te peilen naar hun voorkeuren of ideeën over bepaalde onderwerpen.  

 

Voorbeeld

·    Je kunt leerlingen vragen naar hun voorkeuren voor een groepsproject: “Welke thema’s zouden jullie interessant vinden om te onderzoeken in ons project over duurzaamheid?” Of je kunt hen de vrijheid geven om een boek te kiezen dat ze willen lezen, waarbij ze binnen een bepaald thema mogen kiezen. Dit geeft hen meer controle over hun leerproces en vergroot hun betrokkenheid.

Betrek je leerlingen bij de lesstof door bewust in te spelen op culturele diversiteit en sociale contexten. Dit maakt het onderwijs inclusiever en helpt leerlingen zich meer verbonden te voelen met de inhoud. 

 

Voorbeeld

·    Als je lesgeeft over literatuur, kun je boeken en verhalen gebruiken die aansluiten bij de culturele achtergronden van je leerlingen. Dit kan helpen om hen niet alleen te motiveren, maar ook om hen nieuwe perspectieven te bieden. Als je bijvoorbeeld merkt dat veel van je leerlingen afkomstig zijn uit een bepaalde culturele groep, kun je ervoor kiezen om werk van schrijvers uit die cultuur te behandelen. 

Integreer technologie en digitale media op een creatieve manier in je lessen. Technologie kan de lesstof interactiever maken en aansluiten bij de manier waarop leerlingen tegenwoordig informatie verwerken. 

Voorbeeld

·  In plaats van alleen een traditioneel boekverslag te laten maken, kun je leerlingen vragen om een digitale presentatie te maken, een vlog of een infographic over het onderwerp. Dit speelt in op de digitale vaardigheden van de leerlingen en maakt het leren leuker en relevanter voor hen. Daarnaast kun je ook sociale media, blogs of educatieve apps gebruiken om de betrokkenheid van leerlingen te vergroten.